Afhandelen medische fouten kan veel beter

 

 

Patiëntenfederatie NPCF vindt dat ziekenhuizen en andere zorginstellingen nog veel moeten verbeteren aan de afhandeling van medische fouten. Artsen, verpleegkundigen en andere werkenden in de zorg die een fout maken, moeten de patiënt beter informeren. Dat gebeurt nu niet of niet genoeg. Dat blijkt uit een onderzoek van Rolinka Wijne. Zij is docent gezondheidsrecht aan de Universiteit van Amsterdam.

 Het onderzoek ging over de GOMA. Dat is de Gedragscode Openheid medische incidenten; betere afwikkeling Medische Aansprakelijkheid. Zorginstellingen en patiëntenorganisaties maakten in 2010 afspraken over openheid bij medische fouten. De onderzoekster vroeg aan 148 patiënten en bijna 80 werkenden in de zorg wat zij merken van GOMA.

Arts moet patiënt meer vertellen
Wijne zegt dat mensen in de zorg die een fout maken de patiënt te weinig vertellen. De patiënt wordt niet serieus genomen. Hij moet meer informatie krijgen. Het gaat dan om antwoorden op vragen als: hoe kon het misgaan? Wat doet de instelling om die fouten in de toekomst te voorkomen? Krijgt de patiënt excuses? Een patiënt kan soms schadevergoeding krijgen na een medische fout. De arts of instelling moet de patiënt bij de afhandeling betrekken. Dat gebeurt nu niet genoeg.

‘Als ze maar hadden geluisterd’
Patiëntenfederatie NPCF vroeg zijn panel in 2013 naar klachten over het ziekenhuis en de huisarts. Er reageerden bijna zevenduizend mensen. Twee van elke drie hadden meegemaakt dat er in een ziekenhuis iets (bijna) mis ging. Dat kwam vaak door slechte communicatie tussen arts en patiënt. Volgens de patiënten had 85 procent van wat er mis ging, voorkomen kunnen worden ‘als ze maar hadden geluisterd.’ Drie jaar eerder bleek uit een meldactie naar medische fouten hetzelfde. Ook daar was slecht luisteren de grote boosdoener.

Sinds GOMA bestaat hebben maar negen instellingen de gedragscode getekend. Twee van de negen zijn ziekenhuizen. Nederland telt bijna 120 ziekenhuizen…

Bron: NPCF 18 juni 2014